Over ons en de boerderij
Aan de dijk van het buurtschap Mookhoek is onze boerderij ‘Ipenburg’ gelegen. De boerderij is sinds 1923 in de familie, Leen is de derde en Toon is de vierde generatie die hier boert. Toon werkt nog buiten de deur, zoals ze dat noemen, maar is van plan ooit het bedrijf van vader Leen over te nemen. Janna houdt van koken en lekker eten en vindt de boerderij heerlijk om naar toe te gaan.
Over de boerderij
We telen voornamelijk gewassen welke nog worden bewerkt door de industrie. Eigenlijk zijn we dus toeleverancier voor een ander. Van de tarwe wordt meel gemalen en verwerkt tot brood. Gerst wordt gemout en gebruikt voor de bereiding van bier of verwerkt tot diervoer. De aardappels worden versneden tot friet en de uien worden opgezakt en liggen in de winkel of worden versneden tot snippers. Van de suikerbieten wordt suiker gemaakt in de suikerfabriek in Dinteloord. Echter, de quinoa proberen we te verkopen aan de consument, dus zonder tussenkomst van de industrie en/of groothandel.
Het leukste aan boer zijn vindt vader Leen de combinatie van gewassen telen op een moderne efficiënte manier met behulp van GPS, precisie landbouw en smart farming. Dat wil zeggen dat hij oog houdt voor de omgeving en de (culture) historie. Dit betekent in de praktijk dat hij met behulp van onder andere akkerranden en het behouden van de historische gebouwen op het erf de historie in stand houdt van de natuur en de cultuur.
Boer (Toon - 1985)
Ik wist vanaf mijn geboorte al dat ik boer wilde worden. Het mooiste aan boer zijn vind ik de vrijheid in het vak, je ben lekker buiten bezig en ik vind leuk om planten te zien en laten groeien. Het leukste gewas vind ik onze Nederlandse quinoa, omdat dit nieuw is en daar komen dan toch ook weer andere teeltechnieken bij kijken dan we van de andere gewassen gewend zijn. Dat maakt het spannend, maar ook wel erg leuk.
Hoe zie je de toekomst?
Het lijkt mij erg leuk om in de toekomst meer producten te gaan telen die rechtstreeks aan de consumenten kunnen worden verkocht. Ik hoop dat wij met Boer & zus onze producten een gezicht kunnen geven. Ik vind het namelijk erg leuk om te zien wie onze, met veel zorg geteelde, producten kopen.
& Zus (Janna - 1988)
Ik houd van lekker eten. Ondertussen heb ik twee grote passies, quinoa en koken. Gelukkig gaan deze twee goed samen. Ik vind het erg leuk om mensen die nog niet zo bekend zijn met Nederlandse quinoa te inspireren met leuke en gezonde quinoa gerechten. Ik probeer daarom graag nieuwe quinoa recepten uit, zowel vegetarische quinoa recepten als met bijvoorbeeld kip.
Hoe zie je de toekomst?
Ik vind het erg leuk dat wij nu een product telen dat wij direct aan de consument verkopen en ik hoop dat wij in de toekomst meerdere gewassen rechtstreeks kunnen gaan verkopen. Ik hoop natuurlijk dat heel Nederland straks alleen nog maar duurzame Nederlandse quinoa eet.
Vader Leen (1958)
Geen vierde generatie zonder derde generatie. Vader Leen werkt nog dagelijks mee op de boerderij.
Sinds mijn geboorte heb ik op onze boerderij in Mookhoek gewoond. In augustus 2018 zijn wij verhuisd, maar we wonen nog wel in de Mookhoek, in een leuk dijkhuis. Ik ben boer geworden, omdat ik de combinatie van denkwerk en doe-werk erg leuk vind. Je kan de theorie gelijk toepassen in de praktijk en ik kan aan de boerderij werken zodat het in de toekomst helemaal over kan naar Toon. Zelf vind ik quinoa het leukste gewas om te telen, omdat het voor ons een relatief nieuw gewas is waarbij wij nog veel kunnen leren en experimenteren.
Duurzaamheid
Ik vind duurzaamheid erg belangrijk. Naast dat wij nu quinoa telen zijn wij ook actief binnen een project voor akkerranden, welke bijdrage aan de instandhouding van de bijen. Maar zijn wij ook deelnemer van H-Wodka, waarmee wij samen met andere boeren kijken hoe wij zo duurzaam mogelijk gewassen kunnen telen.
Over biodiversiteit
Als je door een polder rijdt zie je soms mooie bloemenranden liggen naast de akkers, dit zijn akkerranden. Naast dat akkerranden er mooi uit zien hebben deze ook een functie voor de natuur.
Langs onze percelen met graan en aardappelen tref je vaak akkerranden aan met veel bloemen. De nectar uit deze bloemen vormt het voedsel voor insecten zoals sluipwespen, zweefvliegen en gaasvliegen. Deze insecten zijn natuurlijke vijanden voor luizen in de aardappels en het graan.
Andere akkerranden zijn bedoeld als wintervoedsel voor de vogels. We zaaien daarin granen, vlas en bladrammenas. In combinatie met de bloemen- en graskruidenranden vormen de vogelakkers een schuilplaats en nestgelegenheid voor (akker)vogels en een bron van voedsel. In de zomer zijn de insecten een bron van voedsel, dat hebben de jongen nodig voor de groei. In de winter overleven de vogels op zaden.
Wij zien in en nabij onze akkerranden altijd veel vogels. Door deze maatregelen behouden we de akkervogels in het agrarische landschap.
Veel verschillende samenstellingen in akkerranden dus, de volgende keer als je langs een akker rijdt met een mooie kleurrijke bloemenrand weet je dat deze niet alleen mooi zijn maar ook een belangrijke functie hebben voor luizenbestrijding en voor de vogels.
Over onze bijen
Verder hebben we bijen omdat de akkerranden zo ontzettend veel nectar produceren. Bovendien willen we het bewijs leveren dat onze boerderij een goed leefgebied is voor de honingbijen.
We werken veel samen op dit gebied met Wageningen Universiteit. Elk jaar komen op onze boerderij studenten die zien hoe wij werken en proeven uitvoeren. Van die onderzoeken leren we veel. We zijn ook bezig om de omgeving insectenvriendelijker te maken. Zodat bermen meer bloemrijk worden. Daar profiteren onze akkers dan weer van omdat ook daar de natuurlijke vijanden ook in voorkomen.